Bijzondere tandheelkunde

Bijzondere tandheelkunde is de mondzorg voor mensen met ernstige aandoeningen. De term bijzonder betekent in dit geval niet zozeer dat het om moeilijke of complexe mondzorg gaat, maar dat mensen er via de basisverzekering aanspraak op maken en het dus vergoed wordt. Welke groepen en welke aandoeningen in aanmerking komen voor vergoeding, wordt geadviseerd door het Zorginstituut en staan ook beschreven in de wet.

Deze ernstige aandoeningen die onder bijzondere tandheelkunde vallen kunnen betrekking hebben op het aangezicht, de mond, kaken of het gebit:

  • Iemand die geboren is met een afwijking van de mond en/of kaken (bijvoorbeeld een hazenlip/ schisis).
  • Iemand die tanden heeft met een afwijkende bouw/structuur. (o.a. glazuurafwijkingen als amelogenis imperfecta).
  • Iemand die kanker in de mond heeft gehad én in het hoofd-halsgebied bestraald is.
  • Iemand die een ongeluk heeft gehad waarbij een kaak gebroken is en daardoor ook enkele tanden of kiezen verloren zijn gegaan.
  • Iemand zonder tanden of kiezen en een zeer ernstig geslonken kaak waardoor een kunstgebit niet meer goed gedragen kan worden.
  • Iemand die van nature bepaalde gebitselementen mist op belangrijke locaties in de mond (oligodontie). Over het algemeen moeten 6 of meer tanden en kiezen ontbreken (verstandskiezen niet meegeteld).
  • Iemand die in zijn jeugd (<18 jaar) een voortand is verloren door een ongeluk of waarbij die voortand of als verloren te beschouwen is doordat ongeluk, heeft recht om tot het 23e levensjaar deze te laten vervangen door een implantaat. (brief Zorginstituut) of tot het 18e levensjaar door een autotransplantaat (brief ZN).

Daarnaast kan er sprake zijn van andere aandoeningen die niet te maken hebben met de mondzorg, maar er wel voor zorgen dat een afspraak of een behandeling bij de tandarts bijna onmogelijk maken:

  • Verstandelijke beperkingen.
  • Extreme (fobische) angst voor de tandarts.
  • Extreme kokhalsneigingen.
  • Een ernstige lichamelijke aandoening, zoals spasticiteit of de ziekte van Parkinson, waardoor behandelingen in gewone tandartspraktijken op de normale wijze haast onmogelijk zijn.

Het kan ook om aandoeningen gaan met vergaande gevolgen voor het gebit, zoals:

  • Ernstige ziekten waar gebitselementen zeer onder lijden, zoals o.a. niet instelbare diabetes en het syndroom van Sjögren.
  • Ernstige mondproblemen waardoor andere ingrepen in het ziekenhuis onmogelijk zijn.

Tot slot kan het gaan om patiënten die een medisch-noodzakelijke behandeling moeten ondergaan waarvoor een tandheelkundige behandeling een vereiste is voor een succesvol resultaat. Dit betreft bijvoorbeeld orgaantransplantatie of een hart-/vaatoperatie, waarvoor de mond vrij van ontstekingen moet zijn (focus vrij).

Soms kan uw eigen tandarts u in deze omstandigheden helpen, maar soms vergt deze hulp specifieke kennis waar niet iedere tandarts over beschikt. Uw tandarts kan u in zo’n geval doorverwijzen naar het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde.

In Nederland zijn er geaccrediteerde Centra voor Bijzondere Tandheelkunde. Deze centra zijn gespecialiseerd in het verlenen van mondzorg aan patiënten met bovengenoemde aandoeningen, alsmede aan patiënten die ernstig aan harddrugs, alcohol en/of medicijnen verslaafd zijn. Uw tandarts kan u ook doorverwijzen naar een andere tandarts die niet werkzaam is in een Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde, maar die wel de kennis en ervaring heeft om u te helpen. De zorg die verleend wordt in het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde is gericht op een specifiek probleem en is dientengevolge van tijdelijke aard. Voor de overige mondzorg blijft u aangewezen op uw gewone tandarts.

Om in aanmerking te komen voor vergoeding vanuit de zorgverzekering, dient een behandelende tandarts in het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde dit voorafgaand aan de behandeling met de zorgverzekeraar kort te sluiten. In de regel worden de behandelingen vergoed indien u zonder de bijzondere tandheelkunde geen normaal functionerend gebit zou hebben. Dan vergoedt de verzekeraar de behandelingen die nodig zijn om ervoor te zorgen dat u uw normale functie terugkrijgt. Tevens worden in de regel behandelingen vergoed die een voorwaarde zijn voor het resultaat van andere medisch-noodzakelijke ingrepen.

Aangezien het om vergoedingen gaat vanuit de basisverzekering, is hier sprake van een eigen risico. Er kan soms ook een eigen bijdrage in de Bijzondere Tandheelkunde gelden, maar slechts voor dat gedeelte van hetgeen u zelf had moeten betalen indien er geen indicatie voor Bijzondere Tandheelkunde was geweest. De zorgverzekeraar kan u vertellen hoe hoog deze eigen bijdrage is. Voorbeeld: u bent in het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde geweest voor een tandartsbezoek en een behandelplan dat zou resulteren in het verkrijgen van een gebitsprothese. Voor de Bijzondere Tandheelkunde zelf betaalt u geen eigen bijdrage (let wel: het eigen risico is van toepassing), maar u betaalt wel 25% eigen bijdrage voor de gebitsprothese zelf. Dat is namelijk de wettelijke bijdrage voor een kunstgebit en het zijn kosten die u ook zou hebben gemaakt zonder indicatie voor Bijzondere Tandheelkunde. Het is daarom heel belangrijk om alles van tevoren met de zorgverzekeraar kort te sluiten.

Orthodontische behandelingen worden in de regel niet vergoed door zorgverzekeraars vanuit de basisverzekering, tenzij er sprake is van een zeer ernstige ontwikkelingsstoornis of groeistoornis en die stoornis ook door andere zorgverleners dan de tandarts of orthodontist moeten worden verholpen.

Soms kunnen ernstige aandoeningen als gevolg hebben dat iemand in een zorginstelling verblijft. In een dergelijk geval worden behandelingen vergoed vanuit de Wlz (Wet langdurige zorg).